Enkele maanden geleden betrad het van oorsprong Duitse Lendico de Nederlandse markt. Nederland was het zesde land in rij waar Lendico zijn internationale peer-to-peer probeert te realiseren.
Lendico geeft een nieuwe impuls aan peer-to-peer kredieten nadat het eerste Nederlandse peer-to-peer platform Boober in 2007 de handdoek in de ring gooide. Wat doet Lendico anders? Kan Lendico van peer-to-peer kredieten in Nederland een succes maken?
Als zelfs het NOS Achtuur Journaal het over crowdfunding heeft, dan ‘dreigt’ deze vorm van financieren echt mainstream te worden. Na de succesverhalen uit de VS en Groot-Brittannië, breekt deze vorm van financieren ook in Nederland steeds meer door. In de eerste helft van 2014 werd ruim 23 miljoen euro opgehaald via crowdfunding en geïnvesteerd in meer dan 900 projecten. Dat is bijna een verdubbeling ten opzichte van de eerste helft van 2013.
Eind 2013 startten twee oud-bankiers Collin Crowdfund. Ze zien een kans weggelegd voor voor co-financiering, waarbij traditioneel bancair financieren hand in hand gaat met crowdfunding. [finno] vroeg Jan-Willem Onink, commercieel directeur van Collin Crowdfund naar het onderscheidend vermogen van Collin Crowdfund; er bestaan immers al veel crowdfundingplatformen in Nederland.
Er bestaan al langer non-profitorganisaties als Kiva en Watsi, waarbij je via online platformen geld leent of doneert aan (ondernemende) mensen in arme- of opkomende landen. Je zou deze ontwikkeling ‘goede doelen 2.0’ kunnen noemen.
Vorig jaar lanceerde Peter Heijen, voorheen werkzaam als equity analist bij een private bank, het crowdfunding platform Lendahand, dat zich richt op de financiering van het MKB in opkomende landen. Lendahand is geen goed doel, maar noemt zich een social enterprise. Lendhand helpt ondernemers die te groot zijn voor microkredieten en te zijn klein voor bancaire financiering aan zogeheten mesokredieten. [finno] vroeg Peter Heijen van Lendahand naar het succes van Lendahand.
Team ‘Paygel’ (spreek uit: peegel) heeft 6 juli de eerste Dutch Fintech Hackathon gewonnen. Het Paygelteam ontwikkelde binnen 48 uur een dienst om makkelijker, sneller en veiliger een online betaling te doen. De winnaars gingen met 5.000 euro naar huis en maken kans op deelname aan een accelerator programma van UtrechtInc.
De publieksprijs, die uit iPads bestond, ging naar team ‘Fritz’. Dit team bouwde een app waarmee ouders betalingen kunnen goedkeuren.
In maart deed Klaas Knot, president van de Nederlandse bank, een oproep om te komen tot een actieplan om het midden- en kleinbedrijf makkelijker aan leningen te helpen. Deze oproep was een reactie op klachten van ondernemers die bij banken zeer moeilijk financiering kunnen krijgen voor hun investeringen.
Anderzijds stelt hij dat banken, als gevolg van problematische leningportefeuilles in het MKB, hun kapitaalratio’s verder moeten verhogen, wat de kredietverlening juist zal remmen.
Zie daar, de financieringsspagaat voor banken is geboren. En een spagaat is, tenzij je een turn(st)er bent, geen fijne positie. Hoe kunnen banken uit deze spagaat geraken?
In de Innoupdate van deze week praat Maarten Korz, Innovatie Manager bij de Rabobank, je bij over de innovatieve ontwikkelingen in de financiële sector. Deze week onder andere aandacht voor Geldvoorelkaar, SnapScan, Holvi, Andinero, QuickCoin en Nvestly.
De Rabobank, De Lage Landen en MyOrder zijn voor drie jaar in het Startupbootcamp FinTech gestapt. Samen met Mastercard en Lloyds Bank, is de Rabobank de enige Nederlandse bank, die in dit Europese accelerator programma startups in de Fintech ondersteunen bij het versnellen van hun business.
De bank wil leren van én samenwerken met de deelnemende startups. Ik sprak met Harrie Vollaard, innovatiedirecteur bij de Rabobank, over de noodzaak van deze stap en de kansen die deelname aan Startupbootcamp Fintech biedt.
<update> in mei 2014 is de naam miDashboard gewijzigd in Sparkholder
In januari maakte het crowdfunding consultancy bureau Douw & Koren bekend dat crowdfunding in 2013 in Nederland ruim verdubbelde, zowel qua opgehaald bedrag als aantal projecten. In totaal vond 32 miljoen euro zijn weg naar meer dan 1.250 projecten.
Met de groei van crowdfunding en de toename van kredietverlening via zogeheten kredietunies, ontstaat er ook meer behoefte aan adequate uitwisseling van financiële gegevens tussen ondernemers en investeerders. Sparkholder zorgt ervoor dat de informatie asymmetrie tussen ondernemer en andere stakeholders (investeerders, fondsen en kredietunies) kleiner wordt. Zowel ondernemers als investeerders in de ondernemingen krijgen meer grip op de financiële prestaties. Ik sprak met Bastiaan Burgwal, één van de drie ondernemers achter deze Amsterdamse startup.
10, 9, 8 .. 3, 2, 1. SEEDS van ABN AMRO is officieel van start gegaan! In figuurlijk zin tikte SEEDS in de nieuwsbrief die ze deze week stuurde de seconden weg naar de officiële start. In werkelijkheid duurde het meer dan 10 maanden voordat SEEDS, na een succesvolle pilot, die in september 2012 werd afgesloten, promoveerde naar ‘volwassen’ dochter van ABN AMRO.
Juni jongstleden sprak ik met Arthur van de Graaf, directeur van SEEDS. Destijds verwachtte Arthur voor zomer van start te gaan. Er moesten echter nog wat interne hobbels genomen worden. Het slechten van die hobbels heeft maanden langer geduurd, maar niet getreurd, Nederland heeft er een serieus crowdfunding initiatief bijgekregen. Dat kan geen kwaad in een tijd waarin MKB-ondernemingen nog steeds moeite ondervinden bij het verkrijgen van een krediet.
Banken staan altijd voor een grote uitdaging als het gaat om de introductie van vernieuwende financiële producten. Drie factoren spelen daarbij een rol. Financiële producten zijn ‘low interest’ items voor de doelgroep, B2C of B2B. Banken staan daarnaast in de spotlights. Bankencrisis, bonussen, staatssteun, er is ook voldoende aanleiding voor. Bovendien worden of zijn de afgelopen jaren tal van maatregelen genomen om het vertrouwen in de sector in financieel opzicht te verbeteren. Kent u nog de Sarbanes – Oxley Act?
Toch zijn er kansen. Banken moeten dan wel gaan samenwerken met externe partners en een andere innovatiecultuur moeten gaan ontwikkelen.